zondag 28 oktober 2012

Mies en Diene van de Poepershoek

Mijn moeder weet zeker dat op dit huis, de Poepershoek genaamd, (naar poepers: rondreizende handelaren) vroeger een bordje hing met de tekst “onbewoonbaar verklaarde woning”. Zo’n soort bordje dus. Je zou denken dat het dan inmiddels wel gesloopt zou zijn, maar het staat er nog steeds, in de Blekstraat in Raalte. Hier woonden Mies (1887-1980) en Diene (1889-?) Bos Overmars, zussen van Miete Bos Overmars. Hoe dat precies kon, wonen in een onbewoonbaar verklaarde woning, is mij ook niet helemaal duidelijk.

Dankzij de vrijwilligers van de historische vereniging Raalte weet ik nu wel dat Mies en Diene eerst bij hun broer Johannes (“Jas”) in Linderte woonden, maar vervolgens naar de Herenstraat verhuisden. Als dat adres (huisnummer 3) niet veranderd is, dan gaat het om een winkel met woonruimte erboven. Volgens mijn moeder hadden ze een slijterij, dus dat zou heel goed daar geweest kunnen zijn. Feit is dat ze later op de Poepershoek woonden, wellicht nadat ze met pensioen gingen. Over die slijterij moet meer te vinden zijn denk ik, misschien in het handelsregister of in een adresboek? Iets om nog een keertje verder in te duiken.

zondag 21 oktober 2012

Dwalen door Duin en Bosch

Duin en Bosch bestaat nog steeds, al heet het nu Dijk en Duin. Vanaf station Castricum loop je er in een kwartiertje naar toe. En dan kom je ook nog langs het huis waar Maria Lubberta Groote Wolthaar samen met haar zus woonde aan de Mient, op nummer 37. Dat laatste brokje informatie stamt van deze pagina, op de website van de Werkgroep Oud-Castricum.

Je kunt gewoon rondkijken op Dijk en Duin, dat nog steeds een psychiatrische instelling is. Het is een heel bijzondere omgeving. Een uitgestrekt terrein, vol monumentale gebouwen en gebouwtjes. Een kerkje, een badhuis, watertoren, diverse paviljoens, een hoofdgebouw, dienstwoningen en een tramremise, allemaal in dezelfde stijl. De begraafplaats – die er ook moet zijn – kon ik helaas niet vinden, dus daarvoor moet ik nog een keertje terug. Maar dat was ik toch al van plan.

Foto: het voormalige badhuis van Duin en Bosch. Net als ruim dertig andere gebouwen op het terrein is het nu een rijksmonument.

zaterdag 13 oktober 2012

Verpleegster op Duin en Bosch (1923)

Duin en Bosch ca 1930 (Collectie Regionaal Historisch Centrum Alkmaar)
Voor de patienten was het ideaal, dacht men, een psychiatrisch ziekenhuis middenin de duinen bij Castricum. Ze konden in alle rust genezen en waren niemand tot last. Er zat ook geen hek om het terrein, zodat het verplegend personeel af en toe - gewapend met een fluitje, om zelf niet te verdwalen - een zoekactie moest opzetten om een verdwaalde patient op te sporen. De ligging maakte het wel lastig om personeel te vinden en te houden: in sommige jaren was het verloop wel 40 %. De bereikbaarheid verbeterde in 1920, toen Duin en Bosch per tram bereikbaar werd. Wellicht gaf dat ook de doorslag voor Maria Lubberta Groote Wolthaar, de oudste dochter uit het ondernemende gezin van Gerrit Jan Groote Wolthaar. Toen zij vanuit het nabijgelegen Heiloo arriveerde in oktober 1923 was ze 38 en een ervaren verpleegster die al heel wat van de wereld gezien had. Zo had ze op Sumatra gewerkt en was ze in New York geweest, maar daarover later meer. Op Duin en Bosch woonde ze eerst intern, misschien wel in dit zusterhuis. Het was een grote inrichting, met vele honderden patienten, vooral afkomstig uit de lagere klasse: arbeiders, dagloners en dienstbodes uit het noorden van Noord-Holland. Aanvankelijk werden de patienten vooral in bed gestopt, maar de laatste jaren werd het gangbaar om ze aan het werk te zetten. Matrassen maken, in de tuin werken of wasgoed strijken, bij wijze van therapie. Het verplegend personeel moest daar best aan wennen, zo is te lezen in Gesticht in de duinen (red. Joost Vijselaar), een studie uit 1997 over de psychiatrische ziekenhuizen in Noord-Holland. "Niet alleen werd hun taak zwaarder, maar ze moesten ook nog 'gevaarlijke krankzinnigen' uit de isoleercel halen en hen een schep, een hark, een naald of een schaar in de hand geven om mee te werken." Hoe zou Maria Lubberta hier tegenaan hebben gekeken?
Foto: Duin en Bosch rond 1930 (Collectie Regionaal Historisch Centrum Alkmaar)