maandag 11 november 2013

OLDO: de verdwenen spoorlijn


Straatversiering met OLDO-thema, oktober 2013 (Foto: W. Wellenberg)
Met de trein naar Linderte? Het is bijna niet voor te stellen, maar dat kon ooit gewoon. Met de OLDO, de Overijsselsche Lokaalspoorwegmaatschappij Deventer-Ommen, die in 1910 op het gelijknamige traject ging rijden. Er waren stations in onder meer Diepenveen, Wesepe en Lemelerveld, maar ook haltes daar tussenin. Tussen Raalte en Lemelerveld - een afstand van 9 kilometer - kon de trein stoppen bij de haltes Linderte, Crisman en de Posthoorn. Anders dan op de stations was er bij de haltes geen personeel, maar wel een schuilplaats voor reizigers. Een houten hokje met pannen op het dak en een paar bankjes. Maar wie stapte er nu in Linderte op de trein? Zoveel aanloop zal er toch niet geweest zijn op het handjevol boerderijen daar. Inderdaad, dat viel tegen. Vaak maakten er maar enkele reizigers per maand gebruik van de halte. Toen er bezuinigd moest worden in 1927 werd zowel Linderte als Crisman geschrapt uit het spoorboekje. Later volgden nog meer haltes en in 1935 werd de lijn in zijn geheel opgeheven.

Onlangs verscheen een boekje over de OLDO, met als ondertitel De verdwenen spoorlijn, een speurtocht dwars door Salland. Auteurs Bert Terlouw en Wim Gerrits gingen op zoek naar sporen van de trein in het landschap en vonden er nog verrassend veel. Bruggetjes, hectometerpaaltjes, bielzen en stukken rails die in gebruik waren als hoekpalen van een weiland. Leuk detail: de provinciale weg N348 tussen Raalte en Ommen is aangelegd op het tracé van de OLDO. Zo is er toch meer bewaard gebleven dan je denkt.

zondag 20 oktober 2013

Middeleeuws Linderte


Bron: WatWasWaar
Een paar leuke vondsten over boerderij de Koopman. Op deze afbeelding van een kadastrale kaart uit de periode 1811-1832 is de Koopman te zien tussen de erven Bos en Overmars. Tegelijkertijd las ik dat Koopman waarschijnlijk een middeleeuwse afsplitsing is van Overmars (toen Avermarsch). Beide erven zijn al erg oud. Overmars behoort tot de oudste erven in Linderte en dateert van vóór 1100. Koopman, dat destijds Nyenhuyss heette, wordt voor het eerst genoemd in een akte uit 1394. We weten dat het om hetzelfde erf gaat vanwege een akte uit 1764 met de vermelding Coopmans, voorheen Nyenhuis genaamt. In de middeleeuwen waren alle boerderijen in Linderte eigendom van grootgrondbezitters en Avermarsch en Nyenhuyss waren beide in het bezit van de bisschop van Utrecht.

Dat staat in Mens en land in het hart van Salland (2010), de fenomenale publicatie van Theo Spek e.a. over de landschapsgeschiedenis van Raalte en omgeving. Met veel aandacht voor archeologie, de geschiedenis van het cultuurlandschap en informatie over met name de middeleeuwse (en dus oudste) erven in buurtschappen als Linderte, Boetele, Pleegste, Ramele en Luttenberg. Zo'n boek gun je eigenlijk elke streek wel.

vrijdag 11 oktober 2013

De tante en de boerderij


Foto: met dank aan Inge Douma
"De Koopman", zo heette de boerderij in Linderte waarop dit gezin woonde. Met die naam werden ook de bewoners in de volksmond aangeduid. Het zou goed kunnen dat de foto op het erf is gemaakt. Op de foto staan Willemina Joanna (Miete) Bos Overmars, haar man Joannes Antonius (Jans) Groote Wolthaar en - zeer waarschijnlijk - hun oudste zoontje. Hij overleed in 1921, nog voor zijn vierde verjaardag. De vrouw aan de linkerkant was "tante Bet", ze woonde bij hen in. Maar wiens tante was zij eigenlijk en wat was haar naam? Een bezoekje aan het gemeentehuis in Raalte bracht uitkomst. Uit het bevolkings-register bleek dat het gaat om Hendrika Lambertha Olthof. Jans Groote Wolthaar was haar neef, de zoon van haar oudere zus Maria Johanna. Bet - ze overleed in 1929 op 85-jarige leeftijd - was de jongste van zeven kinderen Olthof en het lijkt erop dat de boerderij uit deze familie kwam. Of beter gezegd, de familie van haar moeder. Want wat blijkt, die heette Hendrika Lambertha Koopman.

zondag 3 februari 2013

Ook op Sumatra is Raalte nooit ver weg

 
Helemaal ongevaarlijk was het niet, het leven in Pangkalan Brandan in 1918. In een krantenartikel uit 1917 met de onheilspellende titel “In tijger-klauwen” wordt melding gemaakt van een dodelijke aanval van een tijger, vlakbij het stadje. Het slachtoffer was een “inlander”, waarvan “het hoofd ontbrak, een arm was tot de borst weggevreten…’t was een luguber gezicht.” Pangkalan Brandan was, totdat er in 1885 olie werd ontdekt, een rustig vissersdorpje in een afgelegen gebied op Sumatra. In de jaren erna ontwikkelde het zich tot een centrum van de olie-industrie. Op deze plek woonde Maria Lubberta Groote Wolthaar, zo blijkt uit bovenstaande advertentie in de Sumatra Post uit 1918. Een verrassende locatie? Ja en nee, want ook op Sumatra is Raalte niet ver weg. De Langebaerd in de advertentie is de uit Venlo afkomstige ingenieur Cornelis Langebaerd. En laat deze Cornelis nu getrouwd zijn met de Raaltese molenaarsdochter Cecilia Cornelia Hooglugt, een volle nicht van Maria Lubberta.

Voor de oplettende lezer die zich afvraagt hoe Cecilia Cornelia en Cornelis elkaar dan hebben ontmoet: Cornelis was als opzichter en tekenaar betrokken bij de aanleg van de lokaalspoorweg tussen Deventer en Ommen, via Raalte. Ze trouwden op 29 augustus 1910, een paar weken voor de feestelijke opening van de spoorlijn.